’k Ga van huis; het gedruis
van de storm is enorm,
en ik kijk op de dijk
hoe het weer gaat te keer op het meer.

Als een plaag komt een vlaag,
en die jaagt, vlaagt en klaagt,
stuwt het nat dat het spat,
schudt de pruik van een struik,
gaat te werk in het zwerk stoer en sterk.

En je ziet hoe het riet
zwiept en zwaait nu het waait,
en je hoort al maar voort
hoe het bruist hoe het druist hoe het suist.

Waar ik sta, waar ik ga
is getier en gezwier,
en ik vlucht voor ’t gerucht
en ’t geruis als een muis in mijn huis!

C. H. B.-E.
'k Ga van huis

Anapest oefening

delen op Facebookdelen via Twitterdoorsturen per mail